De weg naar een schone lei
25 juni 2024
De Nederlandse Arbeidsinspectie heeft een onderzoek uitgevoerd naar de doeltreffendheid van de gemeentelijke schuldhulpverlening. Door middel van dit onderzoek is zicht verkregen op de kwaliteitsborging, de inrichting en doeltreffendheid van de uitvoering van de gemeentelijke schuldhulpverlening. Daarbij zijn de kansen en knelpunten in kaart gebracht.
Uitvoering schuldhulpverlening
- Beleidsplan: uit het onderzoek blijkt dat de meeste gemeenten wel een beleidsplan hebben, maar dat dit beleidsplan soms verouderd en geregeld incompleet is. Zo beschikte maar ongeveer één op de drie geënquêteerde gemeenten over een actueel en compleet beleidsplan.
- Organisatie: de verschillende processtappen (vroegsignalering, aanmelding & intake, stabilisatie, oplossen van de schulden en nazorg) kunnen door verschillende partijen worden uitgevoerd. Er bestaan verschillen tussen de organisatie van de uitvoering. De drie inrichtingsvarianten die het meest voorkwamen, zijn: de gehele schuldhulpverlening zelf uitvoeren (drie op de tien gemeenten), de uitvoering volledig uitbesteden aan een private partij (twee op de tien gemeenten) en de eerste fase zelf uitvoeren en de tweede fase uitbesteden aan een private partij (twee op de tien gemeenten).
- Kwaliteitsmonitoring: periodieke informatie over de uitvoering (80% van de gemeenten) en periodieke informatie over de behaalde resultaten (61% van de gemeenten) zijn de twee vormen van kwaliteitssturing die door gemeenten het meest gebruikt worden. Vier op de tien gemeenten hebben echter geen periodiek inzicht in de behaalde resultaten. Daarbij is het herhaald in kaart brengen van de klanttevredenheid niet overal gebruikelijk (met name in kleine gemeenten).
- Negatieve prijsdruk: er werd opgemerkt dat gemeenten in de laatste jaren meer kwaliteitscriteria formuleren bij de uitbesteding van de schuldhulpverlening. Er wordt echter ook een negatieve prijsdruk gesignaleerd, omdat de vergoedingen die de gemeenten bieden regelmatig te laag zijn om de gevraagde dienstverlening te bieden. Nader onderzoek is volgens de Arbeidsinspectie nodig.
- NVVK-certificering: De verantwoordelijkheid voor de kwaliteitsborging is bij de branche belegd en wordt ingevuld met de NVVK-certificering. Niet alle organisaties die schuldhulpverlening uitvoeren, zijn echter lid van de NVVK.
Doeltreffendheid
Niet-gebruik van schuldhulpverlening: Veel mensen met problematische schulden maken geen gebruik van schuldhulp, en gemeenten hebben hier nog geen effectieve oplossing voor gevonden. Daarnaast vallen inwoners vaak uit voordat hun schulden volledig zijn opgelost, wat leidt tot grotere problemen.
Verbeterpunten vanuit gemeenten:
- Gebrek aan capaciteit voor vroegsignalering
- 33% van de gemeenten wil beter samenwerken met signaalpartners.
Toegankelijkheid schuldhulp: Gemeenten en hulpvragers pleiten voor meer laagdrempelige toegang, bijvoorbeeld via outreachend werken of geldloketten. Beleid moet duidelijk maken welke eisen gelden voor hulpvragers voor schuldhulpverlening.
Stabilisatiefase: Er is weinig bekend over effectieve vormen van ondersteuning in de stabilisatiefase, wat het vakmanschap van schuldhulpverleners beïnvloedt. Gemeenten verschillen in hun inzet van begeleiding, waarbij nazorg vaak ontbreekt.
Communicatieproblemen: 20% van de hulpvragers vindt de communicatie over het traject onduidelijk, mede door personele wisselingen die leiden tot vertraging en gebrekkige overdracht.
Schuldhulpverlening aan ondernemers
De aandacht voor de schuldhulpverlening aan ondernemers (SHVO) is toegenomen. Hierbij blijkt dat gemeenten de SHVO vaak uitbesteden aan externe partijen. Het is echter van belang dat gemeenten ook zelf expertise hebben over ondernemers met schulden. Deze expertise is echter niet overal aanwezig en gemeenten zien dit als verbeterpunt.
De SHVO bereikt ondernemers met financiële problemen onvoldoende. Het vergroten van de zichtbaarheid en bekendheid van de SHVO is dan ook van belang. De toegang tot de SHVO is wel verbeterd, maar de boekhouding blijft een knelpunt. De voornaamste reden voor schulden bij ondernemers is volgens gemeenten een gebrekkige zakelijke administratie. 17% van de gemeenten eist echter nog dat de boekhouding op het moment van aanmelding op orde is. Daarbij blijkt dat voor de schulden van ondernemers minder vaak een oplossing wordt gevonden dan bij particulieren. Dit komt doordat ondernemers gemiddeld hogere schulden hebben en passende saneringsmogelijkheden ontbreken. Het lukt ook niet altijd om de financiële situatie te stabiliseren of de onderneming wordt als niet levensvatbaar beoordeeld.
Ten slotte zijn ondernemers vaak positief over de bejegening. Ze zijn echter vaak ontevreden over de voortgang van het traject.