Handboek Bossche Aanpak Budgetbeheer
1 december 2023
In de Wet Gemeentelijke Schuldhulpverlening is vastgelegd dat gemeenten voor iedere burger met schulden een passend hulpaanbod moeten doen. Een rode draad door het gehele proces is het wel of niet opstarten van budgetbeheer voor de inwoners die hier een beroep op doen. Om ervoor te zorgen dat het (deels) uit handen geven van een privé-boekhouding zowel cijfermatig als in de professionele relatie goed verloopt, is een methodiek voor budgetbeheer van belang. Door middel van de methodiek wordt beschreven hoe inwoners in budgetbeheer begeleid kunnen worden om uiteindelijk een duurzame financiële situatie te bereiken. De methodiek is aangevuld met het onderdeel budgetbegeleiding. De inwoners die niet in budgetbeheer komen, kunnen door middel van het onderdeel budgetbegeleiding en deze methodiek ondersteuning krijgen als zij specifieke vaardigheden of competenties missen om zo zelfstandig mogelijk een financieel gezonde huishouding te kunnen voeren. De inzichten verbreden je kennis en kun je inzetten in het hulp- en dienstverleningsaanbod.
Deel I Achtergrond en theorie
Deel I van dit handboek vormt de theoretische basis voor budgetbeheer. Allereerst wordt er een uitleg gegeven over de klantvisie waar vanuit wordt gewerkt binnen deze methodiek. Hierbij gaat het om (het behouden van) de motivatie van de cliënt, het belang van stress-sensitief werken, het rekening houden met de behoefte aan autonomie van de cliënt, werken vanuit vertrouwen, het ondersteunen van het zelfvertrouwen van de cliënt, het belang van duidelijke afspraken, het belang van (laagdrempelige) communicatie, het eigenaarschap van de cliënt en het rekening houden met laaggeletterdheid.
Daarna wordt er ingegaan op het belang van het leren kennen van de klant voor het ontwikkelen van de methodiek. Om een beeld te krijgen van de klant is het van belang om te achterhalen wie de klanten zijn, welke klachten bij de klanten horen, wat voor soort vragen er gesteld worden, waar de klanten behoefte aan hebben en de werkzame en niet werkzame bestanddelen. Ook is het van belang om de klantreis te onderzoeken bij het ontwikkelen van methodiek. Verder is het creëren van een goed imago van budgetbeheer van belang om negatieve gevoelens over budgetbeheer te verminderen.
Verder worden de uitgangspunten van budgetbeheer en budgetbegeleiding toegelicht, wordt het doel van budgetbeheer toegelicht en wordt er een uitleg gegeven over budgetbeheer in relatie tot budgetbegeleiding en budgetcoaching.
Ten slotte wordt er een toelichting gegeven op de wetenschappelijke achtergrond bij competenties en vaardigheden van financieel gezond gedrag. Er wordt een uitleg gegeven over wat financieel gezond gedrag inhoudt en er wordt een toelichting gegeven op het methodisch werken bij het werken aan financiële gezondheid. Uit de theorie en ervaringen uit de praktijk komt naar voren dat de volgend onderdelen van belang zijn om financieel gezond te zijn:
- Motivatie, vertrouwen en gereedheid
- Geldzaken organiseren
- Uitgeven en inkomen
- Betalen en bewaken
- Bezuinigen
- Schulden voorkomen
- Sparen, lenen en verzekeren
Deel II De methodische aanpak
In deel II wordt een leidraad geboden voor de vertaling van de visie, het doel en de wetenschappelijke achtergronden van budgetbeheer naar de praktijk. Er wordt ingegaan op de processtappen die steeds worden gevolgd tijdens het totale begeleidingstraject van budgetbeheer en -begeleiding. Er wordt per processtap beschreven wat er precies mee wordt bedoeld en wat er precies tijdens de stap moet gebeuren. Het gaat om de volgende stappen:
- Inschalen: er wordt gekeken of budgetbeheer voor de klant noodzakelijk is. Hierbij wordt gebruikgemaakt van de Financieel Gezond Scan (FGS). Ook wordt het doel van de budgetbeheer met de klant bepaald en wordt er een eerste inschatting van de duur van budgetbeheer gemaakt. De consulent bepaald of budgetbeheer nodig is, waarom budgetbeheer nodig is (doel) en welke lettercode de klant krijgt (type klant). Op een later moment wordt er een inschatting gemaakt van de mogelijke leerdoelen, het type begeleiding en de uitstroomroute. Dit wordt door de professional aangegeven in het inschalingsschema.
- Opstarten: budgetbeheer wordt opgestart. Daarbij wordt ook de leerlijn om klanten financieel gezond te maken gestart. Verder wordt er aandacht besteed aan de opbouw van budgetbeheer in technische zin.
- Begeleiden: vanuit de FGS komt voort op welke onderdelen het al best goed gaat en waar de klant nog begeleiding nodig heeft. De begeleiding wordt ingezet door de contactpersoon. Na het scannen met de FGS, wordt de inschaling van de klant op type klant, type begeleiding en uitstroomroute aangescherpt.
- Evalueren: er wordt op basis van de FGS periodiek geëvalueerd waar de klant staat en welke stappen er nog in de begeleiding gezet moeten worden. Uit de evaluatie kan mogelijk een nieuwe lettercode in het inschalingsschema, een nieuw uitstroomroute en nieuwe leerdoelen volgen.
- Volgen: wanneer de klant financieel gezond genoeg is om het zelf weer te doen, wordt de klant gedurende minimaal drie maanden gevolgd. Er worden maandelijks met de klant betalingen doorgelopen en er worden mogelijke knelpunten van de afgelopen en komende periode besproken. Budgetbeheer wordt afgesloten als de klant geen opvolging meer nodig heeft.
- Nazorg: conform de reguliere nazorg wordt na drie maanden na het afsluiten van het budget nog contact opgenomen met de cliënt.
Deel III Handboek Bossche Aanpak Budgetbeheer en Begeleiding
In het handboek komen de verschillende competenties uit de Financieel Gezond Scan (FGS) aan bod. Per competentie worden er hulpmiddelen, tools, suggesties en werkvormen aangeboden om de competenties te versterken. Het gaat om de volgende competenties:
- Motivatie, gereedheid, vertrouwen, eigenaarschap (hoofdstuk 1)
- Geldzaken organiseren (hoofdstuk 2)
- Inkomen en uitgeven (hoofdstuk 3)
- Betalen en bewaken (hoofdstuk 4)
- Bezuinigen (hoofdstuk 5)
- Schulden voorkomen (hoofdstuk 6)
- Sparen, lenen en verzekeren (hoofdstuk 7)